Hey Pap,
Ik ben inmiddels al behoorlijk gewend aan dat schrijven. Een week overslaan met onze blog voelt, nu al, niet goed. Daarnaast, de reacties op je Facebook-post over onze blog waren dermate positief dat we volgens mij nog lekker even doorgaan. Soms elke week, soms een week ertussen. Een beetje onvoorspelbaar, maar daar kunnen onze lezers vast wel mee omgaan.
Dat ik nu geen week wil overslaan is natuurlijk omdat ik het heel erg leuk vind. Daarnaast is het ook een soort must geworden. Laten we het plichtsbesef noemen. Dat past al direct niet bij de Peter Pan-generatie. Plichtbesef is bij uitstek iets dat niet past bij nooit volwassen worden. Dingen afmaken, plichtsgetrouw: dat past bij mij. Ik moet hierbij denken aan een van onze gezamenlijke klusprojecten. Het dichtgooien van de vijver aan de Albert Cuijpstraat met opgegraven zand achter uit de tuin. Dit gat werd onze zitkuil; de jaren ’70 belden later nog dat ze hun zitkuil terug wilden ;-).
Enfin, wij graven en scheppen. Duurde eindeloos. Wij waren enorm optimistisch van start gegaan, maar die vijver was toch zeker 3 bij 2 meter. Er kwam geen end aan! Toch is dit een belangrijk moment voor me. Wat ik me kan herinneren is een mooi compliment van jou, namelijk dat ik met graven liet zien geen opgever te zijn en dat ik een afmaker was (ben).
Hoe oud was ik? Een jaar of 11? 12 misschien? Toch weet ik het moment en het gevoel dat dat compliment mij gaf nog goed. Deze ‘opgeven-is-geen-optie-mentaliteit’ zat er dus al vroeg in. Dit heb ik nu nog steeds. Ik geef niet op, ik maak dingen af. Wel lastig dat ik nu een baan heb die eigenlijk nooit af is…. Of dat nou echt typisch is voor mijn generatie? Denk het niet. Wel voor mij en mijn kijk op het leven.
De generatiekenmerken die horen bij mijn garde (generatie Y) die je beschrijft in jouw blog (authentiek, zelfverzekerd, actief op internet, en de mentaliteit dat alles mogelijk is) herken ik zeker. Niet voor niks schreef ik een eerdere blog over de maakbaarheid van ieder individu en hoe ik aankijk tegen slachtoffergedrag. Maar dat is n=1. En dat maakt indelen in generaties direct lastig; het is immers de uitzondering die de regel bevestigt. Opvallend trouwens; de interactie met jouw connecties op Facebook over onze blog was vele malen groter dan toen ik iets postte op datzelfde netwerk. Dus ja, actief op internet is mijn generatie zeker, maar je moet goed opletten of je wel op het goede netwerk zit, voor je het weet ben je te laat en zitten ‘we’ weer ergens anders.
Dan iets anders waar ik laatst over nadacht: Je hebt vele (werk)omgevingen meegemaakt; wat vind jij de meerwaarde van verschillende generaties in een team? En wat zie jij als de gevaren of risico’s ervan?